Ga naar de inhoud
Bron: Molen DataBase

Korte karakteristiek

  • Naam: Welkom
  • Modeltype: Kantige molen, beltmolen
  • Functie: Korenmolen
  • Bouwjaar:
  • Verdwenen:
  • Toestand: Restant

Constructie

  • Modeltype: Kantige molen, beltmolen
  • Krachtbron: Wind
  • Functie: Korenmolen
  • Romp: Achtkante bovenkruier
  • Inrichting: N.v.t.
  • Plaats bediening: Beltmolen
  • Bediening kruiwerk
  • Plaats kruiwerk: Bovenkruier
  • Over de wieken: De buitenroede was ongeveer 3 meter tekort. Om de molen te kunnen opzeilen had men een opstap gemaakt. De deur zat ook erg hoog, het lijkt erop dat de belt een meter is gezakt of dat er een te lange binnenroe is gestoken waardoor de belt is afgegraven. Ook is mogelijk dat het 8k van een zaagmolen afkomstig was en dat daarom niet alles helemaal past.
 
Op 23 mei 1848 werd aan Johann Bernhard (Berend) Minke, vervener te Avereest, toestemming verleend voor het bouwen van een windkorenmolen in Lutten aan de Dedemsvaart. In juli 1849 kwam de molen, die in een hypothecaire akte uit die tijd wordt aangeduid als ‘de koornmolen De Welkomst nabij het Jaaghuis’, in bedrijf. Deze achtkante beltkorenmolen was niet alleen bereikbaar met paard en wagen, maar ook per boot vanuit de Dedemsvaart via de zg. Molenwijk. Op deze wijze kon men tot onder in de molen varen om de zakken graan af te leveren, die dan met een lier naar boven werden gehesen. Al in 1852 verkocht Minke de Welkom aan molenaarsknecht Johan Christiaan Frederik Scheurer uit Avereest.
 

Prov. Drentsche en Asser courant 7 juni 1859:
“Lutten, 4 Junij. De molenaar Schreurer, van wien in het voorjaar het huis is afgebrand, heeft hedenmiddag door den bliksem, welke zijnen molen trof, een tweede ramp gehad. Hoewel men den brand nog al spoedig heeft kunnen blusschen, is toch veel buiten aan en van binnen in den molen beschadigd, waardoor zijne kostwinning in deze drukken tijd, door de noodige herstellingen, een geruimen tijd zal moeten stilstaan. De molen is tegen brandschade verzekerd.”

In 1859 werd de molen tot twee keer toe door de bliksem getroffen, het laatst in september waarbij hij tot de grond toe afbrandde. Scheurer verkocht de restanten nu aan Johan Heinrich Steffen uit Vriezenveen, die de molen in oude glorie liet herrijzen, waarbij de rieten kap abusievelijk van het jaartal 1841 werd voorzien. In 1869 werd de Welkom gekocht door Gerrit Jan Reinink, winkelier te Lutten, voor 3000 gulden. Om de aankoop van de molen te kunnen financieren, had Gerrit Jan geld geleend bij zijn oudere broers Hendrik, eigenaar van de korenmolen in Ane, en Berend. De daaropvolgende jaren ging de molen binnen de familie Reinink over in handen van Hendrik en Berend, en in 1881 van Hendriks zoon Jan.

Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant 19 juni 1900
* Ambt Hardenberg, 16 Juni. Heden middag omstreeks één uur ontstond door een onbekende oorzaak eensklaps brand in den molen van Reinink te Lutten, nabij het Jachthuis. Binnen weinige oogenblikken stond het geheele gebouw in lichte laaie, zoodat niets is gered kunnen worden. Ook ongeveer 25 H.L. graan en alle molenaarsgereedschappen werden mede een prooi der vlammen. Door krachtige inspanning van de brandweer te Lutten wist men het woonhuis van Hartman, dat met riet gedekt was en reeds vuur gevat had, te behouden. Naar wij vernemen was de molen voor f 4000 verzekerd bij de Onderlinge Brandwaarborg-maatschappij voor molenaars te Utrecht, benevens een klein deel van het verbrande graan.

In juni 1900 brandde de Welkom door onbekende oorzaak opnieuw af, waarna hij werd herbouwd met materiaal afkomstig van een sloopmolen uit Staphorst. In 1903 verkocht Jan Reinink de molen aan Johan Broekroelofs uit Slagharen. In 1912 kreeg een pleegzoon van de molenaar, Jan van Zwolle genaamd, letterlijk een klap van de molenwiek. Hij stierf aan de gevolgen ervan. 

In augustus 1918 ontsnapte de Welkom aan een volgende brand, toen een zwaar onweer over Lutten trok. Ook de molen van Broekroelofs werd getroffen, maar veel schade werd er ditmaal niet aangericht. In 1927 werd de Welkom overgenomen door Hendrik Altena, wiens tweelingbroer Roelof eigenaar was van de molen op Het Haantje. In 1928 liet Altena een ruwoliemotor installeren voor het aandrijven van een maalstoel en jakobsladder. In datzelfde jaar brak een van de wieken bij de as af. De tegenoverliggende wiek moest toen ook verwijderd worden, waarna de molen een tijdlang met slechts één roede heeft gedraaid. Toen Altena in 1964 met pensioen ging, werd het muldershuis gekocht door de familie Schutte en de molen door de familie Sloet. Sindsdien heeft de molen Welkom verschillende eigenaars gehad.